10-05-2022 Consulterende Raadsbijeenkomst ZAAL 1
Vul het begin/eind-tijdstip in van het moment dat je wilt exporteren, óf gebruik onderstaande knoppen om de huidige tijd in de video in te vullen.
Agendapunt 2 Verplichte participatie bij omgevingsvergunningen
-
Analyse van het document
Analyse van het voorstel: Verplichte participatie bij omgevingsvergunningen
Titel en Samenvatting:
Het voorstel "Verplichte participatie bij omgevingsvergunningen" richt zich op het verplicht stellen van participatie voor bepaalde buitenplanse omgevingsplanactiviteiten. De gemeenteraad van Assen kan op basis van de Omgevingswet bepalen voor welke gevallen participatie verplicht is. Het voorstel beoogt participatie te verplichten voor specifieke categorieën van ruimtelijke initiatieven die niet binnen het omgevingsplan passen. Dit moet leiden tot een beter participatieproces, meer draagvlak en een hogere kwaliteit van ruimtelijke plannen. De raad wordt gevraagd om participatie verplicht te stellen voor de in bijlage 1 genoemde categorieën en kennis te nemen van de handleiding voor participatie.
Oordeel over de volledigheid:
Het voorstel is redelijk volledig. Het biedt een duidelijke uitleg van de wettelijke kaders, de keuzes die de raad kan maken, en de gevolgen van deze keuzes. Er zijn bijlagen toegevoegd die verdere specificaties geven over de categorieën waarvoor participatie verplicht wordt gesteld.
Rol van de raad:
De raad heeft de bevoegdheid om te beslissen voor welke buitenplanse omgevingsplanactiviteiten participatie verplicht wordt gesteld. De raad moet ook de handleiding voor participatie in overweging nemen en kan de lijst van categorieën waarvoor participatie verplicht is, aanpassen.
Politieke keuzes:
De raad moet beslissen of ze de participatieplicht willen beperken tot de reeds vastgestelde lijst of deze willen uitbreiden met extra categorieën of lagere drempelwaarden. Dit vraagt om een afweging tussen het bevorderen van participatie en het behouden van een efficiënte vergunningsprocedure.
SMART en Inconsistenties:
Het voorstel is specifiek en meetbaar in termen van de categorieën waarvoor participatie verplicht wordt. Het is echter minder specifiek over hoe de effectiviteit van participatie gemeten zal worden. Er zijn geen duidelijke tijdsgebonden doelen gesteld, behalve de inwerkingtreding van de Omgevingswet op 1 juli 2022.
Besluit van de raad:
De raad moet besluiten om participatie verplicht te stellen voor de in bijlage 1 genoemde categorieën en de handleiding voor participatie te accepteren.
Participatie:
Het voorstel benadrukt het belang van participatie en biedt een handleiding om initiatiefnemers te ondersteunen. Er is aandacht voor inclusie en het informeren van betrokkenen over hun rol en verwachtingen.
Duurzaamheid:
Duurzaamheid wordt niet expliciet genoemd als een relevant onderwerp in dit voorstel. De focus ligt meer op participatie en de kwaliteit van ruimtelijke plannen.
Financiële gevolgen:
Er zijn kosten verbonden aan het stimuleren van participatie, zoals het ontwikkelen van een interactieve website en het aanstellen van participatiecoaches. Deze kosten worden gedekt vanuit het uitvoeringsbudget voor de implementatie van de Visie op participatie.
In conclusie, het voorstel biedt een gedetailleerd kader voor het verplicht stellen van participatie bij bepaalde omgevingsvergunningen, met een duidelijke rol voor de raad in het maken van keuzes over de reikwijdte van deze verplichting.
Onbekende spreker
Tjerk Medemblik - ChristenUnie
Ronald Witteman - CDA
Tjerk Medemblik - ChristenUnie
Ria Haan - GroenLinks
Tjerk Medemblik - ChristenUnie
J. Broekema - Wethouder
Tjerk Medemblik - ChristenUnie
Jannie Drenthe - SP
Tjerk Medemblik - ChristenUnie
J. Broekema - Wethouder
Tjerk Medemblik - ChristenUnie
Jannie Drenthe - SP
Tjerk Medemblik - ChristenUnie
J. Broekema - Wethouder
Agendapunt 3 Visienota Bewegen, Ontmoeten, Spelen en Sporten (BOSS)
-
Analyse van het document
Titel en Samenvatting:
De titel van het voorstel is "Visienota Bewegen, Ontmoeten, Spelen en Sporten". Het voorstel beoogt de verouderde Stedelijk Speelbeleidskader uit 2009 te vervangen door een nieuwe visie die zich richt op het verbeteren van speel-, ontmoetings- en sportfaciliteiten in Assen. De focus ligt op het creëren van kwalitatieve, inclusieve en diverse speel- en ontmoetingsplekken die toegankelijk zijn voor alle doelgroepen. Het plan omvat het ontwikkelen van wijkplannen en investeringsramingen om de huidige infrastructuur te verbeteren en te onderhouden, met speciale aandacht voor het verminderen van eenzaamheid en het bevorderen van gezondheid en leefbaarheid.
Oordeel over de volledigheid:
Het voorstel is uitgebreid en gedetailleerd, met een duidelijke visie en strategie voor de toekomst. Het bevat concrete plannen voor de ontwikkeling van wijkplannen en investeringsramingen, evenals een analyse van de huidige situatie en de benodigde verbeteringen.
Rol van de raad:
De raad moet het voorstel goedkeuren, het Stedelijk Speelbeleidskader uit 2009 intrekken en de nieuwe visienota vaststellen. Daarnaast moet de raad toezien op de uitvoering van de plannen en de financiële dekking ervan.
Politieke keuzes:
De raad moet beslissen over de prioritering van investeringen in speel- en ontmoetingsplekken, de toewijzing van budgetten en de mate van participatie van bewoners in de besluitvorming.
SMART en Inconsistenties:
Het voorstel is grotendeels SMART (Specifiek, Meetbaar, Acceptabel, Realistisch, Tijdgebonden) met duidelijke doelen en tijdlijnen. Er zijn geen grote inconsistenties, maar de financiële dekking is een punt van zorg.
Besluit van de raad:
De raad moet besluiten om het oude beleidskader in te trekken en de nieuwe visienota vast te stellen, evenals de start van wijkplannen en investeringsramingen.
Participatie:
Het voorstel benadrukt participatie door bewoners bij de ontwikkeling van wijkplannen en buurtkaarten, en het betrekken van de kinderraad en andere lokale initiatieven.
Duurzaamheid:
Duurzaamheid is relevant, vooral in de context van het vergroenen van speelpleinen en het bevorderen van inclusieve en duurzame ontmoetingsplekken.
Financiële gevolgen:
Het voorstel erkent een tekort aan budget voor de benodigde verbeteringen. Er is eenmalig €500.000 beschikbaar gesteld, maar er is een jaarlijkse investering van €515.000 nodig. De dekking moet verder worden uitgewerkt in de kaderbrief van 2023.
Agendapunt 4 Beeldende Kunst in de Openbare Ruimte
Samenvatting
Het raadsvoorstel van de gemeente Assen richt zich op het vaststellen van nieuwe verordeningen voor beeldende kunst en vormgeving. Dit is een eerste stap naar de oprichting van een Cultuurfonds, dat het culturele klimaat in de stad moet stimuleren. De huidige percentageregeling voor beeldende kunst wordt vernieuwd en er wordt een fonds ingesteld dat gefinancierd wordt door bijdragen uit projectbudgetten. Dit fonds zal projecten op het gebied van beeldende kunst en vormgeving ondersteunen. De expertise van het CBK Drenthe en de adviescommissie BKV wordt gecombineerd om de regeling effectiever te maken. Het voorstel benadrukt het belang van een masterplan dat de inzet van middelen structureert en cofinanciering mogelijk maakt. De regeling blijft gevoed door bijdragen uit gemeentelijke en niet-gemeentelijke bouwprojecten. De financiële planning voorziet in een jaarlijks werkbudget van maximaal €250.000, met een focus op de binnenstad en de FlorijnAs. De raad heeft op 17 maart 2011 ingestemd met de voorgestelde verordeningen.
-
Dossier vormen
Typ of selecteer een zoekterm, voeg optioneel een of meer alternatieven toe (komma gescheiden) en verfijn de zoekopdracht naar behoefte met extra zoektermen.
Cultuurfonds Percentageregeling Beeldende kunst CBK Drenthe Adviescommissie BKV Masterplan Openbare ruimte Bezuinigingen Cofinanciering BestemmingsreserveVerfijning van de zoekopdracht:
-
Analyse van het document
Titel en Samenvatting:
Het voorstel betreft het "Raadsvoorstel Kunst in de openbare ruimte" van de gemeente Assen. Het doel is om de verordening voor beeldende kunst en vormgeving in de openbare ruimte te actualiseren en te vereenvoudigen. De nieuwe regeling stelt een vast percentage van 1% van de projectkosten voor kunst bij bouwwerken en infrastructurele projecten. Daarnaast wordt een eenmalige bijdrage van € 30.000 uit de bestemmingsreserve voorgesteld voor achterstallig onderhoud in 2022. De verordening stimuleert participatie van inwoners en belanghebbenden in kunstcommissies en voorziet in een structureel onderhoudsbudget vanaf 2023.
Oordeel over de volledigheid:
Het voorstel is redelijk volledig. Het bevat duidelijke beslispunten, financiële implicaties, en een participatieplan. Echter, meer gedetailleerde informatie over de uitvoering en evaluatie van de participatieprocessen zou nuttig zijn.
Rol van de raad:
De raad moet het voorstel goedkeuren, inclusief de nieuwe verordening en de financiële wijzigingen. De raad speelt een beslissende rol in het vaststellen van de beleidswijzigingen en budgettaire aanpassingen.
Politieke keuzes:
De raad moet beslissen over de toewijzing van financiële middelen voor kunst in de openbare ruimte en de mate van participatie van inwoners. Ook moet de raad kiezen voor een structurele verhoging van het onderhoudsbudget.
SMART en Inconsistenties:
Het voorstel is deels SMART. Het is specifiek en meetbaar in termen van financiële toewijzingen en participatie. Echter, de tijdsgebonden aspecten en specifieke evaluatiecriteria zijn minder duidelijk. Er zijn geen grote inconsistenties, maar de langetermijnfinanciering is afhankelijk van toekomstige besluitvorming.
Besluit van de raad:
De raad moet besluiten om de nieuwe verordening vast te stellen, de oude in te trekken, en de financiële wijzigingen goed te keuren.
Participatie:
Het voorstel benadrukt participatie door inwoners en belanghebbenden via kunstcommissies. Dit is een integraal onderdeel van de nieuwe verordening.
Duurzaamheid:
Duurzaamheid wordt niet expliciet genoemd, maar kan relevant zijn in de context van langdurig onderhoud en behoud van kunstwerken.
Financiële gevolgen:
Het voorstel vraagt om een eenmalige onttrekking van € 30.000 uit de bestemmingsreserve voor onderhoud in 2022. Er wordt voorgesteld om vanaf 2023 een structureel onderhoudsbudget van € 40.000 per jaar te hanteren. De dekking komt deels uit de bestemmingsreserve en toekomstige gemeentelijke begrotingen.