Assen introduceert Vereveningsfonds voor sociale woningbouw

De gemeenteraad van Assen heeft ingestemd met de oprichting van een Vereveningsfonds voor sociale woningbouw. Dit fonds moet ervoor zorgen dat 30% van de nieuwe woningen in de stad uit sociale huurwoningen bestaat. Het fonds wordt gefinancierd door bijdragen van ontwikkelaars die niet aan deze eis kunnen voldoen.

Politiekverslaggever Rijk de Bat

Tijdens een recent debat in de gemeenteraad van Assen werd het voorstel voor het Vereveningsfonds voor sociale woningbouw uitvoerig besproken. Het fonds, dat op 1 juli 2023 in werking treedt, is bedoeld om de bouw van sociale huurwoningen te stimuleren. Het start met een kapitaal van €500.000 en heeft geen limiet aan de hoogte van de middelen. Het fonds zal jaarlijks worden geëvalueerd om de voortgang en effectiviteit te waarborgen.

Mevrouw Booij van de VVD benadrukte het belang van het fonds: "Het streven naar meer sociale woningbouw is niet alleen loffelijk, maar pure noodzaak." Ze uitte echter zorgen over de praktische uitvoerbaarheid van het fonds, vooral vanwege de vele uitzonderingen en beperkte toepassingsmogelijkheden.

De heer Bakker van GroenLinks deelde deze zorgen en vroeg zich af of de boete van €15.000 voor ontwikkelaars die niet aan de 30%-norm voldoen, voldoende stimulerend is. "We moeten ervoor zorgen dat grote projectontwikkelaars niet simpelweg de boete betalen en doorgaan met hun plannen zonder sociale woningen te bouwen," aldus Bakker.

Het CDA, vertegenwoordigd door mevrouw Deen, stelde voor om bij niet-naleving van de 30%-norm de bouwvergunning in te trekken. "Dit zou een sterker signaal afgeven dan een relatief lage boete," zei Deen. Ze vroeg zich echter af of dit juridisch haalbaar is.

De SP, bij monde van mevrouw Van Brakel, sprak haar steun uit voor het fonds, maar plaatste vraagtekens bij het belasten van particulieren die slechts één woning bouwen. "Het lijkt ons niet wenselijk om aan particulieren die slechts een eigen woning bouwen, een bijdrage te vragen aan het fonds," aldus Van Brakel.

Wethouder Hower reageerde op de vragen en zorgen van de raadsleden. Hij legde uit dat de bedragen van €15.000 tot €30.000 zijn gebaseerd op het verschil in grondprijzen tussen sociale en vrije sector woningen. "We beginnen voorzichtig en evalueren na een jaar," aldus Hower. Hij benadrukte dat het fonds ook geldt voor particulieren die een bestemmingsplanwijziging aanvragen, omdat dit vaak leidt tot een aanzienlijke waardestijging van de grond.

Het debat eindigde met een brede steun voor het voorstel, hoewel er nog enkele vragen en zorgen blijven bestaan. Het fonds zal op 25 mei als bespreekpunt op de agenda staan voor verdere uitwerking en goedkeuring.